Jantje zit in de klas en de juffrouw vraagt wie er een lang woord kent. Klaasje steeks zijn vinger op en mag het zeggen. “Aanhangwagen”, zegt hij. “Goed zo, Klaasje. Kinderen wie kent er nog eentje?” vraagt de juf. Marietje steekt haar vinger op en zegt: “Autoventieldop!” “Ook een mooi woord”, zegt de juf. Jantje steeks zijn vinger op en mag het ook zeggen. “Geslachtsgemeenschap, juf!” “Zo”, zegt de juf, “dat is een mond vol.” “Nee”, zegt Jantje, “dat is pijpen.”